Waterschap Aa en Maas start maandag 21 september met het uitbaggeren en herprofileren van diverse slootbodems. Het betreft twee werktrajecten. De eerste is de Landmeerseloop vanaf de Gemertseweg tussen Boekel en Gemert tot aan de monding in de Leigraaf.
Dit traject is ca. twee kilometer lang en naar verwachting wordt 986 m3 baggerslib verwijderd en hergebruikt. In het tweede werktraject, start 28 september, worden diverse waterlopen in de omgeving van Schijndel, Berlicum en Loosbroek geschoond. De verwachting is dat hier 14.300 m3 baggerslib vrijkomt. Het overgrote deel van de specie wordt hergebruikt om de oevers langs deze waterlopen te herstellen. De werkzaamheden duren naar verwachting twee maanden.
Aanleiding
Het uitbaggeren van de sloten is noodzakelijk omdat de baggerlaag op de slootbodem de afgelopen jaren is aangegroeid. Hierdoor kan het water minder goed doorstromen waardoor problemen kunnen ontstaan. Daarnaast wordt middels het herprofileren de slootkanten verstevigd om daarmee de bereikbaarheid en de veiligheid in stand te houden. Het uitbaggeren van waterlopen en het op orde brengen van oevers is regulier waterschapswerk. Waterschap Aa en Maas werkt op dit moment aan een cyclisch onderhoudsplan. Dit houdt in dat per waterloop wordt aangegeven om de hoeveel jaar er gebaggerd wordt.
Aanpak en planning
Voorafgaand aan de werkzaamheden is een waterbodemonderzoek gehouden om de kwaliteit van het baggerslib te onderzoeken. Hieruit is gebleken dat een klein deel de slootbodem van de Landmeerseloop vervuild is en niet hergebruikt mag worden. Op de andere trajecten is de slootbodem schoon. Vanwege het voorkomen van beschermde soorten vissen op enkele trajecten worden er beschermende maatregelen genomen om het leefgebied zoveel mogelijk te sparen.
De bagger wordt hoofdzakelijk met een kraan verwijderd en op de kant gezet. De aannemer levert maatwerk op plaatsen die minder goed toegankelijk zijn voor groot materieel. De baggerspecie wordt tijdelijk op de kant gezet om te rijpen en daarna verwerkt in de taluds voor herstelwerkzaamheden. In overleg met de aanliggende eigenaren zijn afspraken gemaakt over het gebruik van een strook grond langs de watergang. De planning komt zoveel mogelijk tegemoet aan de wensen om pas na het kneuzen van de maïs te starten met uitvoering.
Volgens de voorziene aanpak zullen er voor de werkzaamheden geen wegen worden afgezet. De overlast voor het verkeer in de directe omgeving van het werk wordt tot een minimum beperkt.
Onderzoek explosieven
Een van de wateren die tijdens het tweede traject wordt gebaggerd is de Wambergse Beek. Bij deze beek is tijdens de Tweede Wereldoorlog, vlak voor de bevrijding, veel gevochten. De kans op oude explosieven is aanwezig. Het waterschap bekijktt nu op welke wijze de baggerwerkzaamheden uitgevoerd kunnen worden zodanig dat ieder risico voor mensen en omgeving uitgesloten wordt. De voorgenomen werkzaamheden worden daarom tijdelijk opgeschort. Vooralsnog gaat het waterschap ervan uit dat de geplande uitvoering gewoon doorgaat.
Noodzaak baggeren
Voldoende en schoon water zijn van groot belang voor mens, plant en dier. Een waterbodem speelt hierbij op twee manieren een rol. Op de bodem van een waterloop vormt zich een laag baggerslib. Deze bestaat voornamelijk uit dood plantmateriaal en zwevende gronddeeltjes, zoals zand of klei, die neerslaan. Deze baggerlaag groeit elk jaar zo’n 1 á 2 centimeter. Op een gegeven moment is de laag zo dik, dat de doorstroming van het oppervlaktewater onvoldoende is. Hierdoor wordt de aanvoer van water in droge perioden bemoeilijkt of kan het water niet snel genoeg afgevoerd worden in natte perioden. Daarnaast vormen de plantenresten in het baggerslib een bron van voedingsstoffen. Teveel voedingsstoffen hebben een negatieve invloed op de waterkwaliteit. Hierdoor kan bijvoorbeeld blauwalg bij warm weer explosief groeien. Naast voedingsstoffen worden ook eventuele verontreinigingen vanuit de omgeving, bijvoorbeeld bestrijdingsmiddelen, opgenomen in de baggerlaag. Dit kan risico’s voor de volksgezondheid opleveren.