Barbecueburgers zijn hamburgers zonder ham. Ik maakte ze naar het recept op de site van De Halm. In een mum van tijd had ik genoeg barbecueburgers voor een heel weeshuis. Het was een zonnige dag, mijn smaakpanel, drie jongens in korte broek, trad aan. ‘Serious business’ stond op hun gezichten te lezen.
De briketten op de barbecue gloeiden en geurden. Op tafel stond een schaal met drie soorten (ham)burgers, een bord met (biologische) groentesticks en een paar sauzen. Maar natuurlijk ook een stokbroodje en een zelfgemaakte aardappelsalade. De jongens aten terstond de broodschaal en de bak salade leeg en stoven de tuin in.
Barbecueën, het technische deel, deed ik feitelijk alleen. Telkens op mijn teken kwamen de jongens, plichtsbewust en als hongerige hondjes, terug aan tafel. Gemiddeld aten ze vier barbecueburgers per man tegen gemiddeld twee hamburgers van de slager en één diepvrieshamburger. Het viel me op dat ze de barbecueburgers uit het vuistje en zonder saus aten. Hieronder de scorelijst, we oordeelden op een schaal van 1 t/m 10:
Smaakpanellid |
Hamburger van slager |
Hamburger uit diepvries |
|
Cas |
9 |
8 |
8 |
Jan |
8 |
7 |
|
Arno |
6 |
8 |
6 |
Ik zelf |
8 |
8 |
6 |
- Jan was verzadigd en onthield zich daarom van een oordeel.
‘Maar wat bedoel je eigenlijk met hamburgers zonder ham?’ vroeg Cas, de langste van het stel. ‘Nou, hamburgers zonder ham is een woordgrapje, ‘ antwoordde ik. ‘Ik wil ermee zeggen dat er geen vlees in zit. Ze zijn gemaakt met vierkorenvlokken van De Halm.’ Cas keek me niet begrijpend aan: ‘Dus in andere hamburgers zit wel vlees?‘