Wethouder Eric Daandels opent de avond met een welkomstwoord. Vervolgens
presenteert Gertjan Arts (Gerrichhauzen en Partners) het programma van de
avond.
Na de presentatie begint het ‘speeddaten’: De deelnemers stellen zich aan
elkaar voor en gaan in discussie op basis van Stelling 2: De kernen moeten ophouden
met groeien aan de buitenkant, als we iets nieuws bouwen moet het binnen de
bebouwde kom gebeuren.
Presentatie ruimtelijke casco
Na het speeddaten presenteert Carin Stolzenbach de opbouw van het ruimtelijk
casco van Bernheze. Het ruimtelijk casco vormt de basis voor de structuurvisie
Bernheze.
Belangrijke vragen/opmerkingen naar aanleiding van de presentatie zijn:
· De wijstgebieden staan niet juist op de kaart.
· Waarom wordt in de visie niet aangesloten op het Groene Woud?
· De rode stippen als uitbreidingsrichting zijn enigszins misleidend en lijken op
‘definitieve’ uitbreidingsplekken.
Discussie
Gertjan Arts leidt de discussieronde. Op basis van stellingen moet men aangeven of
men het eens, oneens (of daartussenin) is met de stelling.
Stelling 1: Het buitengebied is onze schatkist, zowel uit het oogpunt van de
agrarische activiteiten als uit dat van natuur en landschap. We moeten er
daarom voor waken dat het buitengebied te vol wordt en te intensief gebruikt
gaat worden.
Eens: 15
Oneens: 0
Neutraal: 25
- Wat is intensief gebruik? Dit is een relatief begrip.
- Het is vooral van belang om de landelijke uitstraling van het gebied te behouden;
daar zijn zorgen over omdat door de uitbreiding van de niet grondgebonden intensieve
veehouderij de agrarische sector steeds industriëler wordt.
- Er moet meer worden gericht op toerisme en recreatie in het gebied.
- Er zijn gewoon veel te veel mensen, dat is de oorzaak van alles, met 50% minder
zouden deze problemen niet bestaan.
- Het gebied moet in eerste instantie van de agrariërs blijven. Een goede zonering
is hierbij van belang om zo een duidelijke afwisseling van functies te hebben in het
buitengebied. Daartegenover wordt gesteld dat het buitengebied als reservoir van
rust en ruimte voor iedereen, juist uit balans raakt door een te eenzijdige groei van
de intensieve veehouderij.
- Op langere termijn zullen agrarische functies in het gebied achteruit gaan en ontstaat
er steeds meer ruimte voor andere functies. Het moet duidelijk zijn wat voor
functies dit gaan worden. We moeten nu nadenken om de balans tussen de functies
te herstellen, het bestemmingsplan en de structuurvisie spelen daar een rol in.
verslag ‘een goed gesprek’ definitief
- Naast zonering van functies in het buitengebied is ook de zonering om de woonkernen
erg belangrijk.
- Variatie in het buitengebied moet gestimuleerd worden, waarbij boeren een alternatief
geboden moet worden in plaats van alleen maar te intensiveren; het hoeft
niet per se meer te zijn, wel beter in kwaliteit en gevarieerder. Dit geldt ook in
LOG-gebieden hier kan/moet schaalvergroting tot milieuvoordelen leiden.
Stelling 2: De kernen moeten ophouden met groeien aan de buitenkant, als
we iets nieuws bouwen moet het binnen de bebouwde kom gebeuren.
Eens: 11
Oneens: 9
Neutraal: 20
- Met alleen intensiveren binnen de kernen wordt er te weinig variatie van woningen
aangeboden. Ook is alleen bouwen aan de binnenkant een tijdrovend proces.
- De kernen zijn nu al te groot geworden. De kernen moeten dorpen blijven.
- Er moet zodanig gebouwd worden dat de woningbouw goed samengaat met de
omgeving. We hebben ruimte genoeg, maak daar gebruik van. Er moet landelijk
gebouwd worden. Teveel intensiveren binnen de kernen leidt tot teveel stedelijkheid.
- Er moet rekening worden gehouden met een krimpscenario over een aantal jaren.
- We moeten inbreiden met het oog op de gestelde doelen (agrarisch en recreatie).
- De kernen moeten geïntensiveerd worden en het buitengebied moet onaangetast
blijven.
- Inbreiden moet niet betekenen dat er meer appartementen gebouwd worden. We
zitten wat dat betreft al op een verzadigingspunt. Inbreiden moet dus niet betekenen
dat er wordt gestapeld, het gaat bij de kernen om wooncomfort en uitstraling,
hoogbouw past hier niet bij.
- Er moet meer lucht in de kernen komen. Gebruik de ruimte om de kernen voor
meer variëteit in het wonen.
- Er moet duurzaam gebouwd worden; Dit wil zeggen kwalitatief goede, grondgebonden
woningen bouwen die niet over 40 jaar al gesloopt moeten worden omdat
er geen vraag meer naar is.
- Ook het wonen in het buitengebied kan worden ontwikkeld. Hierbij wordt gedacht
aan kleine kernen (gehuchten) waarbij bijvoorbeeld ook stallen omgebouwd kunnen
worden tot wooneenheden voor senioren of starters met een variatie aan kleinschalige
detailhandel en andere vormen van kleinschalige bedrijvigheid. Deze detailhandel
/ bedrijvigheid speelt in op het toerisme en biedt streekproducten of
diensten (bed & breakfast, campings) aan.
- De hooiberg-regeling die Landerd kent, zou ook in Bernheze toegepast kunnen
worden.
- De infrastructuur is erg belangrijk in het buitengebied. De wegen zijn nu te smal
en voor fietsers zijn ze soms erg gevaarlijk. Ook faciliteren de wegen steeds meer
sluipverkeer. De toename van vrachtverkeer in en naar LOG-gebieden is hierbij ook
aandachtspunt.
verslag ‘een goed gesprek’ definitief
Stelling 3: Onze gemeente moet zich in de regio profileren als een gemeente
die vooral bekend staat om haar toeristisch-recreatieve kwaliteiten en
vanuit dat profiel op de provinciale en nationale kaart komen.
Eens: 12
Oneens: 8
Neutraal: 20
- Hoe profileert Bernheze zich nu? De gemeente staat vooral bekend als een verzameling
losse kernen. Maar het gebied is ook een groene rustige ruimte tussen de
stedelijke regio’s. Hiermee wil Bernheze zich verder profileren.
- Om het groene karakter van het gebied te borgen is een economische drager nodig.
Dit kan de agrarische sector zijn en/of de toeristische sector.
- Wanneer Bernheze zich profileert als agrarisch producent kan hier ook het toeristisch
profiel aan worden opgehangen.
- Zowel de agrarische als de toeristische activiteiten in Bernheze moeten op dit
moment in (ruimtelijke) kwaliteit omhoog.
- Bij het profileren van de toeristische activiteiten moet er aandacht zijn voor voldoende
variëteit en kwaliteit van de activiteiten.
- Er moet duidelijkheid zijn met betrekking tot de kwaliteit van de recreatievormen
in Bernheze. Liever goede wandelpaden en fietspaden dan toeristische activiteiten
die veel gemotoriseerd verkeer aantrekken. Er wordt voorgesteld om de bossen in
Bernheze aan elkaar te verbinden met fietsroutes en wandelroutes. Ook is het van
belang om vrijliggende fietspaden aan te leggen tussen de kernen voor scholieren
en recreanten. Geopperd wordt om bij de Kampweg en het Grolder te beginnen.
- Liever niet mikken op het massatoerisme. Niet al te hoogdravend toerisme (rondje
om de kerk) dat gericht is op de regio spreekt meer tot de verbeelding.
- Denk naast het bevorderen van het toerisme ook aan de eigen bevolking. In de
kernen moet dus aandacht zijn voor zorg en voorzieningen voor de eigen bevolking.
- Verschillende aanwezigen hebben moeite met een stijging van de verkeersintensiteit
als (mogelijk) gevolg van het stimuleren van recreatie. Er moet gestuurd worden
op rustige recreatie. De overlastgevende recreatie (crossers) moet op aangewezen
plekken worden gefaciliteerd zodat ze elders geen overlast kunnen veroorzaken.
- Bernheze wil zich profileren als groene gemeente. Door een enkele aanwezigen
wordt ingebracht dat Bernheze op het gebied van fijnstof in de lucht tot een van de
meest vervuilde gemeenten behoort en dat dit het imago van een groene gemeente
schaadt.
Gertjan Arts en Wethouder Eric Daandels sluiten de avond af en bedanken de aanwezigen
voor hun komst en inbreng. Er wordt vanuit de zaal gepleit voor een volgende
bijeenkomst centraal in de gemeente en op een later tijdstip.
Het openbaar debat is(7 september, aanvang 19.30 uur) in Loosbroek gepland.