Op initiatief van de Heemkunde Kring De Woijstap werd door archeologe Tamar Buikema op 8 oktober 2009 een rondleiding verzorgd bij de opgravingen op Retsel. Al enkele weken zijn archeologen van de universiteit Amsterdam bezig met bodemonderzoek op Retsel. In een van de gegraven putten zijn sporen aanwezig die wijzen naar een Romeins grafveld.
Monsters van gevonden materiaal kunnen, na onderzoek, duidelijk maken of dit resten zijn van bijvoorbeeld tempelcomplexen of van Heiligdommen.
In de Romeinse tijd was de wereld van de doden gescheiden van de wereld van de levenden. De gevonden vaak halve potjes, waarschijnlijk doorgesneden door het ploegen, werden aangetroffen in zwarte stukken grond. Vrijwel zeker wijst dat op looppaden die de Romeinen gebruikten. De Romeinse tijd was van 400 voor Christus tot ongeveer 400 na Christus.
De stukken zwarte grond bevinden zich op een diepte van ongeveer anderhalve meter onder het maaiveld. Boven deze zwarte grond bevinden zich de z.g. esgronden die zijn ontstaan doordat akkerbouwgrond werd opgehoogd met mest en of heideplaggen.
De gevonden potjes en ander aardewerk zijn van vrij zacht materiaal en waren waarschijnlijk in gebruik voor voedsel. Naast aardewerk zijn z.g. paalkuilen gevonden. Hierin werden heel vroeger palen geplaatst die het dak van een woning of bijvoorbeeld een graftempel moesten dragen. De hiervoor gegraven diepe kuilen worden paalkuilen genoemd. In deze kuilen werden soms ook de resten van een crematie gedeponeerd.
Aan het eind van de excursie was er enige opwinding toen een van de archeologen in de eerder genoemde zwarte grond een nog gaaf potje aantrof waarschijnlijk uit de 2e eeuw na Christus. Ook hier wordt nader onderzoek naar gedaan en hierover zullen wij u t.z.t. nader informeren.
De opgravingen op Retsel zullen waarschijnlijk tot medio november 2009 doorgaan. Indien zich weer opmerkelijke vondsten voordoen zullen wij ook hierover berichten.