Het is heerlijk om een paar dagen gewoon ‘uit je bol’ te gaan, op welke wijze dan ook. Carnaval is belangrijk voor een samenleving. Of je het nu wel of niet viert, de gewone zaken van iedere dag mag je een paar dagen bekijken met een andere bril. Dat kan waardevol zijn. Carnaval leert ons uit de tredmolen van de dagelijkse gang van zaken te stappen. Of je er nu van bewust bent of niet: carnaval heeft een sociale functie.
Waarom het goed is? Wij laten ons in de dagelijkse gang van zaken te veel opslurpen door zorg voor dit, zorg voor dat. Soms weten we niet eens meer waarom we bezorgd zijn. Maar we zijn wel bezorgd en dat drukt ons. Moet je dan – zoals Jezus vandaag in het evangelie ons vertelt – je maar geen zorgen maken? Dat is wel gemakkelijk gezegd. Zeg dat maar eens tegen iemand die zich wel degelijk zorgen maakt, om zijn zoon, zijn dochter, zijn oude moeder. Hij of zij zal zeggen dat het wel genmakkelijke praat is! En na de carnaval vallen we weer terug in dezelfde sores!
Toch blijf ik geloven in die woorden van Jezus. De oproep om je geen zorgen te maken kan bij mij een andere invalshoek losmaken. Tegen sommige zaken kan ik huizenhoog opkijken. Ik weet ook – uit ervaring – dat als ik er dan maar aan begin, het vaak wel meevalt. Of zoals bij een lange fietsvakantie: als ik er aan denk om 2000 kilometer te gaan fietsen, kan dit mij verlammen. Maar als ik er aan begin en dag na dag een 100 kilometer fiets dan ben ik er na twintig dagen. Ik weet dan ook dat mijn instelling veranderd is: ik denk niet meer aan alles wat voor me ligt, ik ben bij het moment NU. Dit geeft rust en ook energie.
De beelden die Jezus gebruikt om zijn boodschap kracht bij te zetten, haalt Hij uit de natuur en elders uit het alledaagse leven. Dat spreekt aan. We herkennen de situaties. Hij kijkt echter ook verder. Zie je die bloem? De Schepper-God heeft hier de hand in gehad. Kijk eens naar de vogels: Franciscus predikte voor de vogels en zij begonnen op zo’n manier te vliegen dat zij God verheerlijkten. Een geestelijke schrijver vertelde eens van een vrouw die helemaal bij de dingen was, bij alles wat ze op een dag moest doen in het huishouden, maar de dingen waren niet in haar. Ze werd dus niet door al het gewone gedoe zo opgeslokte dat ze er niet meer van kon genieten. De echte rijpe houding is er een waarbij men niet vies is van wat er elke dag gedaan moet worden. Er is een innerlijke vrijheid en ongebondenheid gegroeid waardoor men verder ziet. Dieper in zichzelf en verder in de toekomst als een leven voor iedereen in gerechtigheid.
Daarvoor is wel nodig dat je je veilig voelt. Geborgen in vriendschap, in liefde. Daar wringt zich vaak de schoen. We willen wel onbezorgd leven, we willen ons wel in het ‘hier en nu’ begeven, maar we zijn niet altijd veilig in onszelf. Houdt hij nog wel van mij? Ik merk er zo weinig van. Iedere dag is hetzelfde. En zij? Ze gaat helemaal op in de kinderen, wat blijf er voor mij over? Herkenbaar, denk ik. En deze onveiligheid is groeiende in HDL, hoorde ik woensdagavond bij een breed platform georganiseerd dor de gemeente. We maken het goed in HDL, maar toch… Aan veiligheid en geborgenheid kan nog veel gedaan worden.
‘Kan een vrouw haar zuigeling vergeten? Zou een moeder zich niet meer ontfermen over het kind van haar schoot? En ook al zou een moeder haar kind vergeten, neen, Ik vergeet u nooit!’, hoorden we in de eerste lezing. Prachtig om dit te horen. Uitdagend ook om hiermee aan de slag te gaan. Want we vinden deze worden uit de Bijbel prachtig omdat ze aansluiten bij ons verlangen van veiligheid in liefde. De woorden zijn uitdagend omdat we dit niet aan God alleen kunnen overlaten. Hij geeft ons de inspiratie en de kracht, wij zullen het moeten doen. Voor elkaar, aan elkaar.
We kunnen dit, ook met Carnaval. We kunnen dit omdat we in deze viering de kracht ontvangen, van God en van elkaar. Wij mogen met volle teugen carnaval vieren. We vieren carnaval des te meer als we ons bewust zijn dat we het leven van alledag met een andere bril mogen bekijken. Met Gods bril.
Joost Jansen, norbertijn