overweging op 30 augustus 2015
‘Al die slechte dingen komen uit het binnenste en bezoedelen de mens…’ En dat was nog eens een lijstje van slechte dingen! Wanneer we de kranten openslaan dan kunnen we er nog veel meer lezen: verdienen aan wanhopige mensen en ze in een gammel bootje de Middellandse zee opsturen. Wat spul in het glas van een jong meisje doen en haar dingen laten doen die niet goed zijn. U begrijpt: dit los je niet op met nog wat meer voorschriften en regels erbij te maken. Het helpt ook niet om zwaardere straffen op te leggen. Het gaat veeleer om een kwestie van het hart. Uiterlijke regels zijn best prima maar het belangrijkste blijft toch het innerlijk van iedere mens.
Natuurlijk kunnen voorschriften en regels helpen. Zonder verkeersregels wordt het een chaos op straat. Van oudsher hebben mensen omgangsregels opgesteld. In de traditie van Israël is Mozes de grote wetgever geweest. Hij wordt ten tonele gevoerd in de eerste lezing.
Hij ontving op de Sinaï de Tien Geboden, zo nomen wij ze. Joden spreken over de Tien Woorden, dat staat er ook letterlijk in de oorspronkelijke tekst, in het Hebreeuws. Geboden kunnen snel een wettische invulling krijgen. Tien Woorden: je voelt dan beter aan dat het richtingwijzers zijn. Je bent er niet als je precies doet wat er staat. ‘Eer uw vader en uw moeder…’ nogal wiedes, en ook dat de ouders hun kinderen eerbiedigen. Maar als een vader of moeder nu eens duidelijk de fout ingaat bij een kind? U begrijpt dat er nog veel te zeggen valt (en te discussiëren) als je eenmaal die Tien Woorden hebt ontvangen. Zo gaat het ook bij het Woord: je zult niet moorden, of je zult niet begeren wat een ander toebehoort. Gaat het dan alleen om spullen? Of gaat het ook om de gaven van iemand, of om haar plaats op de maatschappelijke ladder? Er wordt heel wat gesjoemeld en de afgunst is soms groot op de werkvloer. Ook hier: regels werken maar ten dele. Het blijft toch gaan om het innerlijk van de mens.
Maar moeten we niet meer vertrouwen op ons gevoel en ons gezond verstand? Ik ken mensen, maar er zijn ook studies over, die er vanuit gaan dat de mens altijd goed is. Hij of zij maakt alleen maar af en toe een fout. ‘Niemand is slecht’, hoor je dan zeggen. Ik ben het hier niet mee eens. Er zijn mensen, en die hoeven echt niet oud te zijn, die zo van binnen beschadigd zijn dat ze alleen maar slecht kunnen handelen. Gelukkig zijn ze niet in de meerderheid. Ze zijn er helaas wel. En dan hoop en bid ik dat er ergens op de wereld iemand is die hun hart kan raken want het blijft gaan om het innerlijk van de mens.
Er zijn nogal wat cursussen, zomerscholen, methodes die werken aan het innerlijk van de mens. Prachtig. We horen de laatste tijd meer van Mindfullness, leren om met aandacht de dingen te doen die je moet en wilt doen. Dichtbij je gevoel blijven. Het is een recept om gelukkiger te leven. Het kenmerk van de meesten van die methodes is dat het draait om het eigen ‘ik’ van de mens. En dat is wel een verschil met wat ons in onze traditie, in ons geloof wordt aangeboden. Wij krijgen de boodschap – ook weer vandaag – dat God bewogen is om de mens. God is bewogen om het innerlijk van de mens. Als God bewogen is en Hij zich kan kwaad maken, verdriet kan hebben, en ook weer vreugde, dan betekent het dat Hij zijn innerlijk laat spreken. Wie in gesprek met Hem gaat, wordt uit zijn eigen kleine wereldje getrokken. Wie naar God luistert, wie tot Hem bidt, is tegelijkertijd bezig met zijn eigen innerlijk. Van binnen groeien wij dan. Hoe we van buiten handelen, dat zal dan wel navenant zijn. Dat hoop ik. En we bidden er om.
Laten we eens reageren vanuit het hart van de ander, vanuit het hart van God. Dan zijn we niet met het innerlijk bezig, niet ons eigen innerlijk – wat ‘ik’ voel, wat ‘ik’ meen – vanuit het hart van de ander. Dan staan we naar elkaar toe gericht. Dan bouwen we elkaar op, van binnen uit. En dan weten we ook wel hoe we aan de buitenkant moeten reageren opdat het die ander goed gaat. Opdat het ook goed gaat met God in onze wereld. Als we zo gericht staan op wat de ander goed doet, dan loopt het met onszelf ook wel goed af….
Joost Jansen o.praem.