We staan vaak hiernaast op het kerkhof bij een uitvaart. Er is verdriet. Men huilt. Ook Maria Magdalena huilt in het verhaal dat we zojuist gehoord hebben. Jezus huilt ook. Staat Hij er dan niet boven? Hij weet toch dat de dood maar een drempel is tot een leven bij God? Zo eenvoudig schijnt het dus niet te zijn! Jezus heeft wel degelijk verdriet om de dood van een vriend, die de broer is van twee goede vriendinnen. Zo menselijk is dit verhaal, ondanks de tweeduizend jaar die ons van dat moment scheiden.
De kracht van wat zich in Betanië afspeelt is helder. Daar onder de rook van Jeruzalem is een familie die te midden van een hele gemeenschap een dode betreurt. Geen begrafenis in besloten kring. Geen advertentie waarin staat dat Willem in alle stilte al gecremeerd is. Hier neemt men de tijd voor verdriet, men neemt de tijd om bij het graf te zijn, men kan dit graf ook later nog bezoeken. Om terug te denken aan dit leven van Lazarus onder ons. Om je af te vragen waar hij nu is. Dat doen wij toch ook rondom onze doden? Het is dus een krachtig verhaal. En herkenbaar voor velen van ons. Hoewel… vandaag is er veel veranderd ten opzichte van vroeger. Er is veel veranderd in ons omgaan met de dood. Godfried Bomans zei het treffend: vroeger zei men als iemand gestorven was: hij is aangekomen in de hemel, vandaag zegt: zij is er geweest. Maar zo is het hier niet!
Het verhaal van de opwekking van Lazarus is verwonderlijk. Er gebeurt iets onverwachts. Lazarus wordt weer tot leven gewekt. Daarom is dit verhaal bewaard gebleven, denk ik. Het wordt op deze zondag verteld onderweg naar Pasen. Want over twee weken staat diezelfde Maria Magdalena weer bij een graf, nu het graf waarin ze Jezus, haar goede vriend, hebben neergelegd. Ook dan huilt ze en weet ze zich geen raad. Denkt ze dan terug aan wat haar vriend Jezus bij het graf van haar eigen broer heeft gezegd? ‘Uw broer zal verrijzen! Ik ben de verrijzenis en het leven!’ Dat zal best, zullen die zussen hebben gedacht, maar onze broer is wel dood. Die Jezus heeft mooi praten, net zoals vandaag de pastoor of de dominee. Wat schieten we er mee op? Een kostwinner is er niet meer en als vrouw alleen in die tijd had je weinig bestaansrecht. Die geloofsuitspraken klinken wel mooi, maar wat levert het op?
Het antwoord van Jezus is gebed. Hij bidt tot God zijn Vader. ‘Vader, Ik dank U dat Gij mij verhoort.’ Wat gebeurt er in gebed? Je blijft verbonden met God. Kort maar krachtig komt het daarop neer. Je blijft verbonden met de energiebron van waaruit alle leven ons telkens weer geschonken wordt. God is Leven en Liefde. In gebed blijf je met die Bron van Leven verbonden. Dat geeft Jezus de kracht om Lazarus weer terug te roepen. Dat geeft Hem de kracht om ondanks het reële verdriet om zijn vriend Lazarus en de zussen Martha en Maria, verder te gaan en niet bij de dood te blijven staan. De dood wordt in de ogen gekeken en er wordt gekozen voor leven. Dat geeft Hem ook de kracht om door te gaan, de komende twee weken.
Laten we trouwens niet vergeten dat deze verhalen over dood en toch weer leven, velen de kracht geven om onder alle omstandigheden door te gaan. We zien dat in de landen waarvoor Vastenactie zich inzet. Ook al is de armoede nog zo groot, we kunnen wel een tiental huisjes bouwen en een paar waterputten slaan. Wij met onze Vastenactie van de norbertijnenparochies kunnen dat realiseren. Een druppel op een gloeiende plaat? Laten we maar doordruppelen, zou ik zeggen. Want wanneer wij er mee ophouden, dan kiezen we in feite om Lazarus maar in zijn graf te laten en hem niet naar buiten te roepen. Dan kiezen we dus voor de dood en niet voor het leven.
De kern van ons christelijk geloof is een open graf. Het is een bestaan waarin de dood niet het laatste woord heeft. We kunnen opstaan, steeds opnieuw. We kunnen verder gaan en anderen bemoedigen. We blijven anderen troosten en worden zelf ook weer getroost. Verdriet blijft gewoon bestaan, maar er is meer omdat we verbonden blijven met een God die leven blijft geven. Wij hoeven alleen maar in zijn richting te gaan staan.
Joost Jansen, norbertijn