Dit is het HaDeejer.nl archief  van: 2006  tot  september 2015

brandende kaarsenWij staan vertederd bij de stal. We zien het kind in de kribbe en Maria – zo juist moeder geworden – met Jozef de kersverse vader. De herders zijn al binnen. De drie koningen zijn nog onderweg. Het is een idyllisch tafereel. Op zoveel kerstkaarten afgebeeld en door de commercie omarmd. Maar het zal je maar gebeuren dat je op een lange reis, toch een reis van drie dagen, bevalt van een kind in het stro. Is er wel water om alles schoon te maken? Hebben ze wel babykleertjes bij zich? Allemaal zaken waar wij niet bij stilstaan als we met onze kinderen en kleinkinderen bij de kerststal staan.

En dan te weten dat dit vandaag nog gebeurt in Syrië, in Irak en op zoveel plekken in de wereld. Er zijn in onze wereld op het ogenblik twaalf miljoen vluchtelingen waaronder er drie miljoen uit Syrië komen. En binnen deze realiteit klinkt het verhaal van de geboorte van Gods Zoon, Jezus de Christus. Dat is het verhaal van hoe het begon met Hem die aan de oorsprong staat van een wereldwijde beweging. Een beweging van geloof, hoop en liefde. Een tijd na zijn dood en verrijzenis noemen ze dat ‘kerk’. Het evangelie in deze nacht van Kerstmis is een uiterst kwetsbaar verhaal. Waarom kan het niet allemaal een onsje minder, zou je zeggen.

Wil je werkelijk mensen raken, wil je echt mensen nabij zijn in hun allergrootste kwetsbaarheid, dan zul je je zelf kwetsbaar moeten maken. Ik denk dat God dat voor ogen had toen Hij de idee had om zich met deze wereld te gaan bemoeien. Je kunt als dictator je zin doordrijven, met de knoet vrede brengen. Zo deden de Romeinen dat in die dagen van keizer Augustus. Men noemde dat de Pax Romana, een gewapende vrede. Ieder weldenkend mens weet dat dit geen stand houdt. Op den duur komen de onderdrukte krachten toch weer aan het oppervlak. Echte vrede groeit van binnen, in de harten van mensen. Echte vrede brengen mensen aan elkaar over in dat welbehagen dat God in mensen heeft. ‘Vrede op aarde en in de mensen een welbehagen’, zingen de engelen in deze nacht.

Volgens mij is dit de enige reden waarom die Zoon van God geboren is in een stal, geboren is uit eenvoudige middenstandouders. De eersten die op bezoek komen zijn herders, uitschot van de toenmalige maatschappij. Ook geen glansrijke vertoning. De wijzen uit het Oosten komen pas later. Deze Zoon van God wordt geboren onder armzalige omstandigheden in een gevaarlijke tijd, want die volkstelling was afgedwongen door de bezettende macht. Je kunt het verhaal zo naar vandaag halen. Het lijkt wel of de wereld niet veranderd is.

Dit allemaal is juist Gods bedoeling: helemaal bij mensen zijn in hun meest kwetsbare omstandigheden. Dit is participatie, een participatie van hart tot hart. Het is zoveel meer dan die participatiemaatschappij die onze overheid voorstaat. Zij hebben bezuinigingen op het oog. Zij dwingen als het ware een samenwerking en een zorg voor elkaar af. Met Kerstmis vieren we juist dat God zoveel hart heeft voor mensen dat Hij het meest dierbare met ons wil delen, zijn eigen Zoon. Die Jezus gaat met ons meeleven, Hij zoekt de armen op want Hij is zelf arm. Hij zoekt de zieken op want Hij is helemaal mens en kan invoelen wat ziek zijn betekent. Hij bevrijdt mensen van hun kwalen en van hun remmingen. Later heeft men gezegd: Hij verlost mensen, Hij is Verlosser.

Dat God participeert aan mensen betekent ook dat Hij te vinden is onder ons. We hoeven echt geen moeilijke dingen te doen. We hoeven alleen maar mens te zijn samen met andere mensen. ‘Alleen maar’? Dat is al heel wat: niet in je eentje mens zijn, maar met elkaar. Dus betrokken op elkaar, dus instaan voor elkaar, dus elkaar van dienst zijn. Is God dan op die manier te vinden onder ons? Ik denk het wel. En je kunt Hem zien als je ogen en je oren open hebt.
Meer nog: als je de oren en ogen van je hart open hebt staan. Dan is Hij te vinden waar mensen vreugde met elkaar delen, waar mensen in vrede met elkaar leven. ‘Daar waar vriendschap is en liefde, daar is God’, zingen we. Geloven we ook. God is daar waar we ons laten vertederen door een kind. Het kind in de stal van Betlehem, maar ook het kind dat amper levenskansen heeft in Syrië en Irak. God wordt opnieuw geboren als we de tederheid toelaten.