Zeker onder mensen die al wat ouder worden, spreekt men vaak over de gezondheid. Meestal niet zoals Job in de eerste lezing, maar toch. Dat prachtige verhaal van Job – leest u het maar eens na in de bijbel – is van alle tijden. Iemand heeft alles wat zijn hartje begeert: lieve vrouw, een hele reeks uit de kluiten gewassen kinderen, een paar goed lopende bedrijven. Plotseling breekt de crisis uit, de bedrijven gaan failliet, de kinderen komen om bij een vliegtuigcrash. Alleen zijn vrouw blijft over en - bij overmaat van ramp – valt hem ook nog af. De paar vrienden die hij over heeft, geven hem zelfs de schuld. En wat doet Job? Hij blijft vertrouwen. Hij geeft niemand de schuld, ook God niet. Want die God kun je heel snel de schuld geven, die zegt toch niets terug. ‘Het is toch onrechtvaardig’, hoor ik een – toch volwassen - kind zeggen als haar moeder sterft na enkele maanden ziekbed. Hoe zo onrechtvaardig? We zitten helemaal in het onderwerp waar veel mensen vandaag mee bezig zijn: ziekte en gezondheid. En dan te beseffen dat Nederland misschien wel de beste gezondheidszorg van de wereld heeft! Blijft: hoe ga je goed om met ziekte en kwetsbaarheid. Jezus hoeft maar de schoonmoeder van Petrus bij de hand te nemen en ze is weer genezen. Maar zo’n Jezus die genezend rondgaat kom ik zo snel niet tegen, vandaag.
Laten we ons realiseren dat we allemaal ’n keer sterven en dat de meesten onder ons ’n keer - of meerdere keren of chronisch - in hun leven door ziekte overvallen worden. Het gaat er dan niet om te zoeken naar wie de schuld hierin heeft, maar ‘hoe ga ik om met wat mij overkomt’. Wat is mijn geestelijk persoonsgebonden budget. Over het financiële pgb staat de krant vol en staatsecretaris Van Rijn heeft het moeilijk. Over het geestelijk persoonsgebonden budget hoor ik nergens spreken. Daar zijn wij echter nu wel mee bezig in deze viering! Wij zijn bezig in deze viering met onze geestelijke weerbaarheid. Wij worden bij de hand genomen zoals Jezus de schoonmoeder van Petrus bij de hand neemt en haar opricht. Ieder van ons valt wel eens. Ik hoop en bid dat ieder van ons ook de hand wordt gereikt om weer op te staan.
Waartoe? Dat is een tweede vraag. Want ik kom mensen tegen die uit de shit gehaald zijn en dan verder gaan met hun oude leven. Veel verandert er niet tot de volgende struikelpartij. En dan begint het hele proces opnieuw. Ik hoop en bid dat wanneer mensen de hand wordt gereikt, ze hun leven ook anders inrichten. De schoonmoeder van Petrus gaat onmiddellijk de anderen bedienen. Nu lijkt het hier of deze vrouw (en vaak zijn het vrouwen) tot haar recht komt als ze kan zorgen. Er staat evenwel in de oorspronkelijke tekst het woordje ‘diakonie’. Diakonie heeft in onze parochies een bijzondere betekenis. Onze Hulpdienst Lichtpunt is onze diakonale hand die wij mensen reiken. We helpen opdat mensen op hun eigen benen kunnen gaan staan. We helpen niet onbegrensd, maar met het oog op dat anderen zelfstandig worden en niet verslaafd raken aan de hulp die hen geboden wordt. En we willen ook instaan voor hun geestelijke pgb. Alleen al door het feit dat we mensen helpen vanuit de parochiegemeenschap, dus als gelovige mensen, verwijzen wij door naar Gods hulp die mensenhanden nodig heeft om zijn aanwezigheid helder te maken. Jezus neemt de schoonmoeder van Petrus bij de hand en richt haar op. Wij mogen dat bij mensen van vandaag doen.
Van waaruit putten wij onze kracht? Kracht om steeds maar door te gaan en niet te versagen? Jezus gaat eerst wat bidden, ’s nachts. Wat gebeurt er als je bidt? Wat gebeurt er in je hart als je stil wordt in Gods aanwezigheid, misschien wel zonder woorden? Dat is het geheim van een ieder. We weten van die Jezus alleen dat Hij het Onze Vader aan zijn vrienden heeft geleerd en dat Hij op het kruis gevraagd heeft: ‘God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?’ Zelfs in de diepste ellende blijft Hij God aanspreken en blijft Hij met Hem verbonden. Zo’n voorbeeld behoort ook tot ons geestelijke persoonsgebonden budget. We moeten er wel aan blijven werken om weerbaar te blijven bij ziekte en gezondheid, bij voor- en tegenspoed. Bij alles wat er onder ons gebeurt, kunnen wij innerlijk gesterkte mensen zijn. Geestelijk sterk en met vertrouwen. Geestelijk sterk om ook weer anderen de hand te reiken.
Joost jansen, norbertijn