Als we allemaal wisten wat ons boven het hoofd hangt, dan zouden we wel waakzaam zijn. Zo lijkt de overheid ons te willen waarschuwen.
Op stations, in het verkeer, bij de eerste sneeuwval met een spitsalarm, we worden geregeld gewaarschuwd voor de gevaren die dreigen. Aanslagen, files, de CO2 in de lucht, er kan van alles mis gaan. Maar dat alles is noch buitenkant.Er kan ook van alles misgaan in ons eigen lichaam. De dokter die zegt: dat gezwel heeft er al maanden gezeten. Of: die relatie is al jaren niet goed. Die scheiding heb je toch zien aankomen? Hoe waakzaam zijn wij in wat we doen, in wat we zijn?
Op de eerste zondag van de advent, deze tijd van voorbereiding op de komst van God in een klein mensenkind, in Jezus, klinkt ieder jaar de roep om waakzaam te zijn. We steken een eerste kaars aan, en volgende week een tweede, tot aan Kerstmis. Want als je waakt doe je licht aan. Waarom? Waarom is het zo belangrijk om wakker en alert te zijn naar Kerstmis toe? Om het feest voor te bereiden? Ja. Om er voor te zorgen dat het gezellig wordt thuis en in harmonie? Ja. Maar dat zou toch altijd moeten zijn?
Ik zoek naar meer. Er moet toch iets wezenlijkers zijn… Deze week waren we bezig met Rock Solid. Het is een jeugdprogramma voor kinderen van 11 tot 14 jaar. Midden in het flitsende gebeuren mogen ze opschrijven op de linkerkant van het papier wat ze verlangen aan spulletjes die te koop zijn. Aan de rechterkant van het papier aan zaken die je niet kunt kopen. Die rechterkant was moeilijk. Wat zijn dingen die je niet voor geld kunt kopen? Ze vragen het me. Denk eerst eens zelf na! Geluk, liefde, een vriendje, maar ook ‘mijn zusje weg’. Sommigen rekenen naar zichzelf toe. Een ander: wereldvrede of geld voor de arme kinderen. Die kijkt al breder. En als deze jongeren thuiskomen en ’s avonds in hun bed liggen? Als ze dan nog eens er over nadenken? Dan heeft die avond van Rock Solid wel iets bij hen losgemaakt. Want dan gaat het om wat je werkelijk verlangt en wat je misschien nooit helemaal zult krijgen.
Maar ‘het krijgen van de zaak is het einde van het vermaak’. Dat gebeurt bij alles wat je verlangt en dat voor geld te koop is. Maar dat is niet bij alles wat je niet met geld kunt bereiken. Voor al deze zaken als liefde, gezelligheid, geluk, een vriendje zul je je moeten inspannen. Het vraagt om waakzaam te zijn, alert voor de minste geringste mogelijkheid die zich voordoet. Het vraagt dat ieder van ons aandachtig is voor tekenen die wijzen in de richting van waar je naar verlangt. Iedere mogelijkheid wordt dan aangegrepen.
En wat verlangen wij? Wat hebben wij opgeschreven op onze briefjes? Niks opgeschreven? Omdat we geen pen bij ons hadden, of omdat we het goed konden formuleren? Ik hoef u niet te vertellen wat u moet verlangen. Ik kan u wel vertellen waar ik naar verlang. Ik verlang heel concreet naar meer vertrouwen tussen mensen. Want dat vertrouwen is beschadigd als we kijken naar de financiële crisis in onze wereld, die een vertrouwenscrisis is. Ik verlang heel concreet dat mensen voortaan waakzaam en alert blijven om zich niet te laten afglijden naar uitzijn op eigen voordeel. Ik verlang er naar dat velen herontdekken dat God liefde is, dat God dus relatie is, dat God van ieder houdt zodat we ook alert zijn om van elkaar te houden. Dit zijn allemaal heel concrete verlangens van mij. Maar als ik dit verlang dan zal ik me er ook voor moeten inzetten. Dat is nu het grote verschil met alle dingetjes die ik wellicht met Sinterklaas en met Kerstmis zal krijgen. De zaken waarnaar ik echt verlang voor mijzelf en voor anderen, zijn zaken die eerder een opdracht worden. Ik, wij, zullen er voor kunnen zorgen dat naar Kerstmis toe er meer warmte, hartelijkheid en vrede groeit. Ik, wij, zullen er voor kunnen zorgen dat God onder ons zich zo veilig voelt dat Hij zijn Zoon aan ons wil schenken. Ik, wij zullen er voor kunnen zorgen dat hier in Heeswijk, Dinther en Loosbroek Kerstmis het feest zal zijn van Gods komen in ons midden.
Joost Jansen o.praem.