Dit is het HaDeejer.nl archief  van: 2006  tot  september 2015

kerktoren-haan.gifWe zijn het gewend: de kerstinkopen. Ieder jaar weer. Voor ons bezoek aan de supermarkt maken we lijstjes, om vooral niets te vergeten. We lopen langs de schappen, halen her en der een product uit het vak.

Soms moeten we kiezen. De keuze wordt afgestemd op de mensen die aan tafel zullen zitten. Wat vinden zij lekker? Hoe zal het vallen?

Voor een feest en voor de ontmoetingen is er meer nodig dan een winkelwagen vol spullen. Gezelligheid kun je niet kopen. Geluk vind je niet in de schappen van de supermarkt. Ook een product God kun je daar niet vinden. Wel kun je geraakt worden door mensen. Of een plotselinge groet van iemand die je aanraakt, bij je binnenkomt. Zoals die engel bij Maria. Er kwam iemand bij haar binnen, gewoon in haar dagelijkse omstandigheden. Die boodschapper heeft een aparte groet: ‘Verheug u, Begenadigde, de Heer is met U.’ Vrij vertaald: ‘Wees blij, jij bent uitgekozen, God is met je.’ Dat is een aantrekkelijke groet. Loterijen nemen die gedachte wel over: u bent geselecteerd om met ons mee te spelen, er ligt een grote prijs in het verschiet. Maar hier is geen sprake van een prijs. Maria zal zwanger worden, terwijl ze er helemaal niet aan dacht. In haar carrièreplanning is dit nog niet bij haar opgekomen. Haar wereld raakt totaal overhoop. Een kind, en dan nog wel een kind waar God mee van doen heeft.Wat is er bij een mens nodig om toch ‘ja’ te zeggen als er zo iets plotselings op je levensweg komt? Zijn we daarop ingesteld? Als ik mijn leven helemaal heb dichtgetimmerd dat er geen plaats meer is voor iets nieuws, dan is het onmogelijk. Er wordt wel eens gezegd van kinderen dat ze ook de ruimte moeten krijgen om zich te vervelen. Gewoon maar een tijdje niets doen. Ze worden dan creatief. Ik weet dat ik met mijn broers en zussen eindeloos lang kon spelen met wat blikjes en wat water. Verschillende mogelijkheden uitproberen. Ontdekken dat het ook anders kan. Er is nog zoveel meer mogelijk. Zaken waar ik vroeger nooit aan gedacht zou hebben.Bij Maria is er ruimte. Niet alleen ruimte in haar huis, maar ook ruimte in haar hart. Zij schrikt in het begin van het feit dat God met haar een bedoeling heeft. Leven van God zelf voortbrengen! Het is geen geringe opgave. Voor Hem een huis klaarmaken. Het huis van haar eigen lichaam. Moeders weten er van. Vaders ook, wel anders. Er moet van alles klaargemaakt worden, niet alleen materieel maar ook in je beleving. Zeker als het het eerste kind is. Alles wordt ineens anders, alles wordt nieuw.God wil in haar wonen, heel concreet. Wat is dat toch? Het gaat natuurlijk om een vrouw die in verwachting raakt. Maar ze raakt ook op een andere manier in verwachting. Binnen alles wat concreet klaargemaakt moet worden, moet er ook ruimte blijven voor de goede Geest van God. Die haal je niet van de schappen in een supermarkt. Dat is geen boodschap die zo maar in je winkelwagentje gaat. Die goede geest van God heeft te maken met de ruimte die je in je eigen geest houdt. Daarvoor moet je soms even alles stil leggen. Je moet net als spelende kinderen je even kunnen vervelen. Er komt iets anders bij je binnen, iets wat je niet zelf geprogrammeerd hebt. Laat de vragen maar toe: Voor wie doe ik het? Voor wie leef ik? Hoe bouw ik aan liefde, aan vrede tussen mensen, aan harmonie, aan dat rijk van God? Nemen we voor deze vragen even de tijd in de dagen nar Kerstmis toe?We maken onze huizen klaar voor het vieren van Kerstmis. We maken ook in onze geest ruimte voor wat ook nu nieuw geboren kan worden. Hadden die mensen van de kredietcrisis dat ook maar gedaan… Hadden wij het in onze eigen omgeving ook maar gedaan….  Er is zoveel dat nog anders moet wil het met onze wereld een beetje beter gaan.Maria heeft het risico aangedurfd om zich te laten roepen. Zij heeft gezegd: ‘Zie de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar uw woord.’Ze heeft gewoon ‘ja’ gezegd op wat onverwacht op haar weg is gekomen. Ruimte maken voor God zelf omdat anderen er zo’n behoefte aan hebben.Maken wij ook hiervoor ruimte in onze huizen, én in ons eigen hart?            Joost Jansen o.praem.