Dit is het HaDeejer.nl archief  van: 2006  tot  september 2015

kerktoren-haan.gifWie een tuin onderhoudt, weet dat de helft van het werk bestaat uit wieden, snoeien, ordenen. Het is een heerlijk tijdverdrijf en je hebt gewoon eer van je werk wanneer je een mooie tuin rondom je huis hebt. De planten gedijen ook beter wanneer er wat ruimte is om te groeien.
overweging op 10 mei 2009

Dit beeld heeft Jezus genomen om onze ogen te openen voor de realiteit van het leven in gemeenschap. Het gaat Hem natuurlijk niet om een wijnstok. Het gaat Hem om een gemeenschap van mensen. Het gaat Hem om wat later de Kerk is geworden. En dan klinkt het natuurlijk hard als er gesproken wordt van snoeien, van afsnijden, zelfs van ‘zuiveren’. Roepen zulke woorden niet ook hele negatieve ervaringen op? Horen wij niet van etnische zuiveringen? En wat te denken van systematische uitroeiing waaraan we de laatste weken weer herinnerd worden bij het gedenken van de Tweede Wereldoorlog. Kortom: we raken hier in moeilijk vaarwater. Daarom is het bij het lezen van de Bijbel zo belangrijk om dit met elkaar te doen. Want door ook naar elkaar te luisteren kies je de juiste uitleg en behoed je elkaar voor dwaalwegen.

Zoals ieder die verantwoordelijk is, of het nu voor je eigen tuin is, voor een gezin en familie of voor een gemeenschap van mensen, weet Jezus dat kiezen voor groei ook keuzes met zich meebrengt. Niet alles is vruchtbaar. Wanneer je een bos maar laat doorgroeien dan sterft op een gegeven moment al het kleine groen op de grond. Het krijgt gewoon geen licht meer. Pas wanneer je wat bomen – soms mooie bomen – rooit, kunnen er op de bodem ook weer nieuwe planten groeien.

Tegen deze achtergrond kijk ik ook positief naar de reorganisatie in ons bisdom. Ik juich echt niet alles toe, maar de bisschop heeft gelijk dat er eens flink naar de organisatie gekeken moest worden. Ik blijf positief omdat ik geloof in de kracht die onder gelovige mensen aanwezig is hier in Heeswijk, Dinther en Loosbroek. De scherpe kantjes die aan elke reorganisatie kleven zullen we met elkaar kunnen ombuigen tot nieuwe kansen.

Bij iedere reorganisatie stel je altijd de vraag naar wat nu het belangrijkste is dat je na wilt streven. Om met termen van vandaag te spreken: wat is je core-business? Dat wat Jezus ons opdraagt te doen. Houden van mensen, God eren, de verhalen van onze traditie niet alleen lezen maar ze ook actualiseren in wat er vandaag gebeurt.

En… niet bang zijn. In alle paasverhalen die we de laatste weken weer volop voorgeschoteld krijgen gaat het hierover. Niet bang zijn. Ook niet bang zijn om aan de weg te willen timmeren. De grootste zonden van onze tijd zijn wellicht de oppervlakkigheid en de middelmatigheid. Vrome mensen die opgevoed zijn met het spirituele jargon gaan dit vaak bescheidenheid en nederigheid noemen. Een grote misvatting. Het is geen bescheidenheid noch nederigheid om je lamp onder de korenmaat te zetten. Je doet je zelf en anderen te kort. Het is dienst aan de samenleving – zo multicultureel en multireligieus vandaag - wanneer wij christenen voor ons geloof durven uit te komen en gewoon zeggen dat we door God zijn aangeraakt, om – kijkend naar het leven van Jezus Christus – in te staan voor een klimaat van liefde in onze tijd. Onze tijd heeft een hart nodig, een kloppend hart. En dat kan alleen door mensen met een hart, een hart dat klopt voor God en voor mensen.

‘Zozeer heeft God de wereld liefgehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gezonden…’, zegt de evangelist Johannes, de patroon van ons bisdom. In onze verschralende wereld zouden juist wij overal de kleine plantjes moeten beschermen die aan de wortel van oude bomen opgroeien. Wij zijn de mensen die licht kunnen brengen.

Deze week is het Geloofsfeest van ons bisdom. Op allerlei wijzen wordt rond de Sint Jan het geloof gevierd. Ik bid samen met velen (en ook met jullie) dat het feest een grote impuls zal zijn om ons geloof te vieren. Dan zal ons geloof ook groeien, prettig voor ons zelf, maar vooral vruchtbaar voor allen die ons zijn toevertrouwd.

                                                                        Joost Jansen o.praem.