In zijn column in de Hadeejer heeft
.
Er is ook een ander scheiden, scheiden tussen mensen, scheiden in de relatie van man en vrouw. Dat is echt anders. Dat zou eerder – ook door de gemeente – ontmoedigd moeten worden. Maar dat is waarschijnlijk een vrome wens. Er is veel leed op dit vlak. Dichtbij of veraf, we hebben er allemaal weet van. We weten ook dat het niet zo zou moeten zijn. Die verhalen uit de bijbel die we zojuist gehoord hebben, gaan erover. Ze zijn geschreven én bewaard gebleven omdat in alle tijden mensen hiermee geworsteld hebben. Het samenleven van mensen, van man en vrouw, kan zo mooi zijn, kan een grote vreugde zijn. Gelukkig hebben velen van ons deze ervaring. Velen van ons weten ook – en ervaren het – dat samenleven steeds een opdracht is om aan te werken. Het huwelijk is een project, zo houd ik vaak bruid en bruidegom tijdens de huwelijksviering voor. Er zal steeds aan gewerkt moeten worden, willen man en vrouw één vlees worden, vervlochten met elkaar. Want als bij de een ‘n zijkant is weggenomen, zo verhaalt het scheppingsverhaal, en dat daaruit een nieuwe mens is geschapen, dan is het geheel pas weer compleet als de een bij de ander komt en ze samen één gemeenschap vormen. Een hoog ideaal…
Was het maar altijd zo, verzuchten we met zijn allen. Want één op de drie huwelijken strandt. Niet alleen ver weg, maar ook heel dichtbij, in onze eigen families. Is er dan geen kruid tegen deze tsunami gewassen? Het lijkt wel een vloedgolf die over ons allemaal komt en hier en daar vallen er slachtoffers. Is er dan geen kruid tegen gewassen? Tegen sommige scheidingen niet. Die mensen hadden nooit met elkaar moeten trouwen. Er is een vergissing begaan. Vaak zijn ze niet vrij geweest. Ook de rooms-katholieke kerk erkent deze reden en verklaart dan dat de huwelijk eigenlijk niet heeft bestaan.
Maar in al die gevallen dat mensen in alle vrijheid voor elkaar hebben gekozen, een huwelijk zijn aangegaan en vaak ook kinderen hebben gekregen? Kunnen we iets aangeven zodat mensen in hun verbond gesterkt worden? Ik denk van wel. Jezus zet een kind in hun midden. Hij zet een kwetsbaar kind in hun midden. Dit stukje evangelie is niet voor niets achter de echtscheidingsparagraaf gezet. Ik vermoed dat dit een bedoeling heeft. De zorg voor het kwetsbare kind roept in mensen, in iedere mens – gehuwd of ongehuwd – ook de eigen kwetsbaarheid op. Er worden door een kind andere registers in ieder van ons opengetrokken. Ben je geneigd om hard en onbarmhartig naar een ander, misschien je eigen man of vrouw, op te treden, dan roept een kind vergeving op en barmhartigheid. En vergeving en barmhartigheid zijn nodig in iedere relatie, zeker die van volwassenen, met name in die van mensen die getrouwd zijn met elkaar. Ik hoop dat wij allen – de meeste van ons die hier zitten zijn volwassen – van onze houding tot kinderen kunnen leren. De ‘hardheid van het hart’ waar Jezus het over heeft, wordt mededogen, bewogenheid en ontroering. Niet alleen naar kinderen toe, maar ook als volwassenen naar elkaar, ook als man en vrouw tot elkander.
Scheiden doet lijden. En dat willen we niet. Het huwelijksverbond is een project waarvoor we ons steeds moeten inzetten. Niet alleen de gehuwden, maar wij allen die deze samenleving vormen. We moeten niet lichtzinnig spreken over het huwelijksverbond van man en vrouw. Het is geen probeersel totdat duidelijk wordt of het echt is of dat je toch maar uit elkaar gaat. Wat God verbonden heeft zal de mens niet scheiden, ook niet de omstanders met hun gemakkelijke praat. Met zijn allen moeten we ons inzetten voor de waarde van het huwelijk. Juist omdat de goede God in de verbondenheid van man en vrouw wil laten zien hoe zeer Hij met ons getrouwd wil zijn. Daarom is het huwelijk een heilige verbintenis. Het gaat om het geluk van man en vrouw. Het gaat ook om de waarachtigheid van Gods liefde in ons midden
Er is ook een ander scheiden, scheiden tussen mensen, scheiden in de relatie van man en vrouw. Dat is echt anders. Dat zou eerder – ook door de gemeente – ontmoedigd moeten worden. Maar dat is waarschijnlijk een vrome wens. Er is veel leed op dit vlak. Dichtbij of veraf, we hebben er allemaal weet van. We weten ook dat het niet zo zou moeten zijn. Die verhalen uit de bijbel die we zojuist gehoord hebben, gaan erover. Ze zijn geschreven én bewaard gebleven omdat in alle tijden mensen hiermee geworsteld hebben. Het samenleven van mensen, van man en vrouw, kan zo mooi zijn, kan een grote vreugde zijn. Gelukkig hebben velen van ons deze ervaring. Velen van ons weten ook – en ervaren het – dat samenleven steeds een opdracht is om aan te werken. Het huwelijk is een project, zo houd ik vaak bruid en bruidegom tijdens de huwelijksviering voor. Er zal steeds aan gewerkt moeten worden, willen man en vrouw één vlees worden, vervlochten met elkaar. Want als bij de een ‘n zijkant is weggenomen, zo verhaalt het scheppingsverhaal, en dat daaruit een nieuwe mens is geschapen, dan is het geheel pas weer compleet als de een bij de ander komt en ze samen één gemeenschap vormen. Een hoog ideaal…
Was het maar altijd zo, verzuchten we met zijn allen. Want één op de drie huwelijken strandt. Niet alleen ver weg, maar ook heel dichtbij, in onze eigen families. Is er dan geen kruid tegen deze tsunami gewassen? Het lijkt wel een vloedgolf die over ons allemaal komt en hier en daar vallen er slachtoffers. Is er dan geen kruid tegen gewassen? Tegen sommige scheidingen niet. Die mensen hadden nooit met elkaar moeten trouwen. Er is een vergissing begaan. Vaak zijn ze niet vrij geweest. Ook de rooms-katholieke kerk erkent deze reden en verklaart dan dat de huwelijk eigenlijk niet heeft bestaan.
Maar in al die gevallen dat mensen in alle vrijheid voor elkaar hebben gekozen, een huwelijk zijn aangegaan en vaak ook kinderen hebben gekregen? Kunnen we iets aangeven zodat mensen in hun verbond gesterkt worden? Ik denk van wel. Jezus zet een kind in hun midden. Hij zet een kwetsbaar kind in hun midden. Dit stukje evangelie is niet voor niets achter de echtscheidingsparagraaf gezet. Ik vermoed dat dit een bedoeling heeft. De zorg voor het kwetsbare kind roept in mensen, in iedere mens – gehuwd of ongehuwd – ook de eigen kwetsbaarheid op. Er worden door een kind andere registers in ieder van ons opengetrokken. Ben je geneigd om hard en onbarmhartig naar een ander, misschien je eigen man of vrouw, op te treden, dan roept een kind vergeving op en barmhartigheid. En vergeving en barmhartigheid zijn nodig in iedere relatie, zeker die van volwassenen, met name in die van mensen die getrouwd zijn met elkaar. Ik hoop dat wij allen – de meeste van ons die hier zitten zijn volwassen – van onze houding tot kinderen kunnen leren. De ‘hardheid van het hart’ waar Jezus het over heeft, wordt mededogen, bewogenheid en ontroering. Niet alleen naar kinderen toe, maar ook als volwassenen naar elkaar, ook als man en vrouw tot elkander.
Scheiden doet lijden. En dat willen we niet. Het huwelijksverbond is een project waarvoor we ons steeds moeten inzetten. Niet alleen de gehuwden, maar wij allen die deze samenleving vormen. We moeten niet lichtzinnig spreken over het huwelijksverbond van man en vrouw. Het is geen probeersel totdat duidelijk wordt of het echt is of dat je toch maar uit elkaar gaat. Wat God verbonden heeft zal de mens niet scheiden, ook niet de omstanders met hun gemakkelijke praat. Met zijn allen moeten we ons inzetten voor de waarde van het huwelijk. Juist omdat de goede God in de verbondenheid van man en vrouw wil laten zien hoe zeer Hij met ons getrouwd wil zijn. Daarom is het huwelijk een heilige verbintenis. Het gaat om het geluk van man en vrouw. Het gaat ook om de waarachtigheid van Gods liefde in ons midden
Er is ook een ander scheiden, scheiden tussen mensen, scheiden in de relatie van man en vrouw. Dat is echt anders. Dat zou eerder – ook door de gemeente – ontmoedigd moeten worden. Maar dat is waarschijnlijk een vrome wens. Er is veel leed op dit vlak. Dichtbij of veraf, we hebben er allemaal weet van. We weten ook dat het niet zo zou moeten zijn. Die verhalen uit de bijbel die we zojuist gehoord hebben, gaan erover. Ze zijn geschreven én bewaard gebleven omdat in alle tijden mensen hiermee geworsteld hebben. Het samenleven van mensen, van man en vrouw, kan zo mooi zijn, kan een grote vreugde zijn. Gelukkig hebben velen van ons deze ervaring. Velen van ons weten ook – en ervaren het – dat samenleven steeds een opdracht is om aan te werken. Het huwelijk is een project, zo houd ik vaak bruid en bruidegom tijdens de huwelijksviering voor. Er zal steeds aan gewerkt moeten worden, willen man en vrouw één vlees worden, vervlochten met elkaar. Want als bij de een ‘n zijkant is weggenomen, zo verhaalt het scheppingsverhaal, en dat daaruit een nieuwe mens is geschapen, dan is het geheel pas weer compleet als de een bij de ander komt en ze samen één gemeenschap vormen. Een hoog ideaal…
Was het maar altijd zo, verzuchten we met zijn allen. Want één op de drie huwelijken strandt. Niet alleen ver weg, maar ook heel dichtbij, in onze eigen families. Is er dan geen kruid tegen deze tsunami gewassen? Het lijkt wel een vloedgolf die over ons allemaal komt en hier en daar vallen er slachtoffers. Is er dan geen kruid tegen gewassen? Tegen sommige scheidingen niet. Die mensen hadden nooit met elkaar moeten trouwen. Er is een vergissing begaan. Vaak zijn ze niet vrij geweest. Ook de rooms-katholieke kerk erkent deze reden en verklaart dan dat de huwelijk eigenlijk niet heeft bestaan.
Maar in al die gevallen dat mensen in alle vrijheid voor elkaar hebben gekozen, een huwelijk zijn aangegaan en vaak ook kinderen hebben gekregen? Kunnen we iets aangeven zodat mensen in hun verbond gesterkt worden? Ik denk van wel. Jezus zet een kind in hun midden. Hij zet een kwetsbaar kind in hun midden. Dit stukje evangelie is niet voor niets achter de echtscheidingsparagraaf gezet. Ik vermoed dat dit een bedoeling heeft. De zorg voor het kwetsbare kind roept in mensen, in iedere mens – gehuwd of ongehuwd – ook de eigen kwetsbaarheid op. Er worden door een kind andere registers in ieder van ons opengetrokken. Ben je geneigd om hard en onbarmhartig naar een ander, misschien je eigen man of vrouw, op te treden, dan roept een kind vergeving op en barmhartigheid. En vergeving en barmhartigheid zijn nodig in iedere relatie, zeker die van volwassenen, met name in die van mensen die getrouwd zijn met elkaar. Ik hoop dat wij allen – de meeste van ons die hier zitten zijn volwassen – van onze houding tot kinderen kunnen leren. De ‘hardheid van het hart’ waar Jezus het over heeft, wordt mededogen, bewogenheid en ontroering. Niet alleen naar kinderen toe, maar ook als volwassenen naar elkaar, ook als man en vrouw tot elkander.
Scheiden doet lijden. En dat willen we niet. Het huwelijksverbond is een project waarvoor we ons steeds moeten inzetten. Niet alleen de gehuwden, maar wij allen die deze samenleving vormen. We moeten niet lichtzinnig spreken over het huwelijksverbond van man en vrouw. Het is geen probeersel totdat duidelijk wordt of het echt is of dat je toch maar uit elkaar gaat. Wat God verbonden heeft zal de mens niet scheiden, ook niet de omstanders met hun gemakkelijke praat. Met zijn allen moeten we ons inzetten voor de waarde van het huwelijk. Juist omdat de goede God in de verbondenheid van man en vrouw wil laten zien hoe zeer Hij met ons getrouwd wil zijn. Daarom is het huwelijk een heilige verbintenis. Het gaat om het geluk van man en vrouw. Het gaat ook om de waarachtigheid van Gods liefde in ons midden
Joost Jansen o.praem