Dit is het HaDeejer.nl archief  van: 2006  tot  september 2015

kerktoren-haanDe pracht van de natuur kan ons overweldigen. Zeker wanneer - na een toch strengere winter - de lente in aantocht is. De kracht van de natuur kan ons ook ontzag inboezemen, angst zelfs. En dat zien we bij het natuurgeweld in Haïti. Want wanneer de natuurkrachten zich tomeloos laten gaan, is verwoesting en chaos dichtbij.
In contact met de natuur belijden wij als gelovige mensen dat deze natuur - met haar pracht en praal, met haar kracht en geweld - schepping van God is. Bij een prachtige lentedag is dat gemakkelijk, bij een natuurramp moeilijker.

Eerbied en ontzag voor de natuur worden dan eerbied en ontzag voor de Schepper. Wij mogen behoedzaam met zijn schepping omgaan. Hij maakt ons verantwoordelijk voor zijn werk. De Schepper legt ons zijn schepping in handen.
Om onze eerbied te laten blijken, brengen we gaven aan. Vroeger gebeurde dat nog heel concreet bij de ZLTO: gaven van het land werden bijeengebracht. Bij het aanbrengen van de gaven zeggen we ook ons geloof uit in deze God die niet alleen ons de schepping in handen heeft gegeven, maar die ons ook niet loslaat. God-Schepper heeft zich ook aan mensen kenbaar gemaakt. Meer nog: God heeft zich laten zien als een God die mensen helpt, hen redt uit de verdrukking. Mensen die eens in slavernij leefden, heeft God gemaakt tot een bevrijd volk. Zo laat de geschiedenis van Israël ons dit zien. Deze God mogen we eren met gaven van het land, met gebed en liturgie.

Deze boodschap wordt ons doorgegeven, van generatie op generatie. Het is traditie. Wij staan in die stroom van generaties, ook vandaag. Het Woord van het begin is door mensen tot ons gekomen én klinkt ook in ons hart. Het is niet ver weg, het is heel dichtbij. We moeten ons er wel toe bekennen, dan pas is het een werkzaam Woord. Voor christenen is dit Woord geheel en al concreet geworden in Jezus Christus, in zijn Pasen waarnaar wij in deze Veertigdagentijd op weg zijn.

Dit alles gaat niet van een leien dakje. Want de werkelijkheid is weerbarstig. De eerbied voor de Schepper is geen automatische houding van mensen. Wanneer alles goed gaat dan schrijven mensen hun succes vaak toe aan eigen inzet en kundigheid. Pas wanneer er ‘een kink in de kabel' komt, gaan ze vragen stellen. Aan zichzelf, aan hun overtuiging, hun geloof. Het is moeilijk om de overgave in het geloof ook heel concreet te maken in het gewone dagelijkse bestaan. Het is moeilijk om niet alles in eigen hand te willen houden. In de drie beproevingen van Jezus in de woestijn wordt dit uitgewerkt. De gaven van de schepping worden Hem gepresenteerd alsof het het werk van mensen is, alsof mensen er macht over kunnen hebben. In zijn antwoord op de duivel bevestigt Jezus dat het centrum van macht en vermogens niet bij de mens ligt, maar bij de Schepper. De mens ontvangt de capaciteiten om namens de Schepper de schepping te behoeden en te beheren.

Jezus werd ook beproefd op het vlak van de macht en op het vlak van zijn relaties. Geld, macht en seks, de drie belangrijkste uitdagingen in ons bestaan.

Die zorg voor de schepping vraagt altijd onze aandacht, met name in deze Veertigdagentijd. Leef met aandacht voor de natuur om je heen, voor alles wat je gegeven is. Leer opnieuw te leven vanuit een houding van dankbaarheid. Weet u dat eucharistie ‘dankzegging' betekent? Daarin kunnen wij ons oefenen. Zorg ook goed voor jezelf, geef aandacht aan lichaam een geest, gun jezelf de tijd om stil te staan. De Veertigdagentijd is een groeiweg, een leerweg en een oefenweg. Wij gaan deze weg samen, verbonden door de Ene God, onze Schepper.

Joost Jansen o.praem.