Dit is het HaDeejer.nl archief  van: 2006  tot  september 2015

kerktoren-haan_thumboverweging op 25 september 2011
Er is nog zoveel te doen… We kennen die situaties. Het huis moet nodig opgeknapt worden. Je zit op je bedrijf met een oogst die binnengehaald moet worden. Er zijn nog zoveel mensen die buitenboord dreigen te vallen… Je zit verlegen om een paar vrijwilligers… ‘Op die dag kan ik echt niet’, hoor je iemand antwoorden op je vraag om hulp. ‘Je kunt me voor alles vragen, maar voor dat niet’, zegt een ander. Wie kent deze voorbeelden niet?

Een vader had twee zonen, de een zegt ‘ja’ en hij doet het niet, de ander zegt ‘neen’ en doet het bij nader inzien toch. En die twee zonen, die twee houdingen, zitten in ieder van ons. Zo meen ik. Allemaal kennen we het dilemma. Je zou zo graag en je doet het niet, en je doet het toch, en alles wat daar tussen in zit. Een mens is soms een gecompliceerd wezen… En dan zie je ineens dat er erg veel goeds gedaan wordt door mensen waarvan je het helemaal niet zou verwachten. Ook onder daklozen bestaat solidariteit…

Waar zou het in onze samenleving om moeten gaan? Dat er solidariteit groeit in onze wereld. En niet alleen op mijn eigen plekje opdat ik me goed voel en het mij goed gaat. Het gaat er om dat mensen elkaar ondersteunen en de groeiende eenzaamheid een halt wordt toegeroepen. Het gaat niet in de eerste plaats om een dynamischer kerk, of een geloofsovertuiging die bergen kan verzetten. Het gaat om de opbouw van - zou Jezus zeggen – van dat Rijk van God. En dat is heel concreet.

Of je wel of niet op een vraag ingaat, ergens is er altijd in je zelf een omslagpunt, het kantelpunt waarop je ‘ja’ of ‘neen’ zegt… Je moet ergens in jezelf een beslissing nemen. Wanneer zeg je ‘ja’? Reageer je positief omdat een mens het je vraagt? Anderen zeggen weer: omdat God het me vraagt. De ene vrager is heel concreet. God is wat minder concreet. Maar de zaken waarom het gaat zijn altijd concreet.

De vraag vanuit God is vandaag wat verstomt. Ook omdat de spreekbuizen van God niet de gewone mens weten te bereiken. De spreekbuizen van God – de mensen van de kerken - hebben vandaag een groot imagoprobleem. Zij die de boodschap van God vertolken laten ook niet altijd in hun gedrag zien dat hun ja-met-de-mond tevens een ja-in-daad-en-woord is. Dat raakt me diep en maakt de kerk heel kwetsbaar. Je bedenkt je wel twee of drie keer om als mens van de kerk krachtdadige uitspraken te doen. Want hoe neemt de ander het op?

Toch is het een grote hulp wanneer het appèl dat mensen op ons doen - kwetsbare mensen, arme mensen, eenzame mensen, hulpeloze mensen – ook ondersteunt wordt door het appèl dat God op ons doet. Want wanneer je in heel dat menselijke tasten en zoeken God ook een woord laat meespreken, dan krijg je zoveel extra er bij. Het verhaal van God is namelijk universeel en overschrijdt grenzen. Het geeft kracht om te beseffen dat wat wij hier in onze parochie doen, in zoveel andere parochies ook wordt gedaan, over heel de wereld. Dat overal in dit weekend mensen stilstaan bij het verhaal van een vader die twee zonen heeft, de ‘ja’-zegger en de ‘neen’-zegger. Dat wat ik in mijn gezin wil laten groeien aan goede geest, mijn ouders en voorouders ook gedaan hebben en zoveel steun hebben ontvangen van de God tot wie ze iedere dag baden. Dat wij dus hier als deze gelovige mensen een schakel in de tijd zijn. We staan in een lange traditie. We komen ergens vandaan en geven bij onze dood ons leven weer af, een leven dat ook doorgaat op een andere wijze over de grens van de dood heen. Dat is de grote rijkdom van die geloofstroom waarin wij ons bevinden. En zo kan ik gelukkig het officiële, kerkelijke instituut relativeren.

Ieder heeft wel zijn eigen wijngaard waarin nog zoveel handen nodig zijn om het werk te doen. Samen hebben wij ook een wijngaard, namelijk de samenleving van vandaag waar zoveel respect voor elkaar ontbreekt. Ook hier zijn vele handen, maar vooral bewogen harten nodig. Mensen roepen ons, soms zonder woorden, wellicht alleen maar door hun kwetsbare aanwezigheid. Ook God roept ons in hen. Aan ons om ‘ja’ te zeggen. Vergeten we niet: God heeft ‘ja’ gezegd op ons. Zouden wij dan geen ‘ja’ zeggen op Hem?

 

Joost Jansen o.praem.