EisenhouwerEisenhower kwam in de middag aan op het vliegveld in Brussel, waar het onderhoud met Montgomery plaats zou vinden. Al snel uitte de Britse veldmaarschalk hevige kritiek op Eisenhower, omdat de Amerikaan over een breed front wilde oprukken.

Nadat Eisenhower de Brit tot bedaren had gebracht, opperde deze direct dat hij Berlijn binnen een paar maanden zou bereiken, mits alle bevoorrading op zijn 21 legergroep werd geconcentreerd. Eisenhower was echter de mening toegedaan dat Montgomery in dat geval teveel divisies zou moeten achterlaten om de flanken te beschermen, waardoor de opmars ergens diep in vijandelijk gebied tot stilstand werd gebracht.
Dit zou er voor kunnen zorgen dat zijn legergroep werd ingesloten en in het meest slechte geval vernietigd. Daarnaast wilde de Amerikaanse opperbevelhebber eerst de waterwegen naar de haven van Antwerpen vrij maken. Hiermee zouden de aanvoerproblemen grotendeels worden opgelost.

Montgomery liet het daar niet bij zitten en vertelde Eisenhower over het feit dat de Britten na diverse V2-aanvallen nu overwogen om Londen te evacueren. Ten slotte kwam Montgomery met zijn plan dat hij van te voren zorgvuldig had uitgewerkt.

De Britse bevelhebber wilde bij Arnhem een bruggenhoofd over de Rijn vestigen na in een eerder stadium er al een over de Maas te hebben geslagen. Daardoor zouden de Duitse troepen in West-Nederland, waar de V2’s zich bevonden, worden ingesloten. Vanuit het bruggenhoofd zouden de geallieerden om de Westwall, die eindigde bij Kleef, heen kunnen trekken en van daaruit het Ruhrgebied kunnen innemen om de belangrijkste Duitse industrie te vernietigen. Daarna konden de geallieerden via de Noord-Duitse laagvlakte naar Berlijn kunnen doorstoten. Dit terrein was ideaal voor een snelle opmars met tanks. Het bruggenhoofd zou moeten worden gevormd door het 2e Britse leger, dat zich aan de Nederlands-Belgische grens bevond. Langs de marsroute van de Belgische grens tot aan Arnhem zouden bij iedere rivier- en kanaalovergangen luchtlandingstroepen worden gedropt. Die zouden de bruggen moeten veroveren en standhouden totdat het Britse leger arriveerde.

Eisenhower was diep onder de indruk van het gedurfde plan. De Amerikaan besefte echter wel dat de uitvoering van het plan leidde tot een vertraging van het vrijmaken van de Antwerpse haven. De bevoorradingsproblemen zouden voortduren en aangezien Montgomery alle voorraden nodig had, zou Patton zijn opmars in het Saarland niet kunnen voortzetten. Daar tegenover stond dat bij uitvoering van het plan het noordelijk front weer in beweging kwam en men een bruggenhoofd over de Rijn sloeg. Dit gaf voor Eisenhower de doorslag en hij ging akkoord met het plan van de Britse veldmaarschalk.] Hij gaf Montgomery de opdracht zijn offensief zo snel mogelijk uit te voeren. Eisenhower zei nadrukkelijk dat het beslist niet zijn bedoeling was, dat Montgomery na het slagen van de operatie direct zou doorstoten naar Berlijn. De Amerikaan gaf het vrijmaken van de haven naar Antwerpen prioriteit.

Toen Bradley, bevelhebber van de 12e legergroep, waar tevens het 3e leger van Patton onder viel, kennis nam van het plan, maakte hij onmiddellijk bezwaar tegen het plan. Hij vertelde tegen Eisenhower dat de aanval ervoor zorgde ze met een zak in het front kwamen te zitten. Eisenhower was het niet eens met de bezwaren en liet weten het een verantwoorde gok te vinden. Het plan zou, ondanks de bezwaren van diverse Amerikaanse bevelhebbers, doorgang vinden.

Morgen het vervolg. Bron:WikipediA